IM Hylke Wierda: ‘De poep van de kunstenaar’

Publisearre op 25 februari 2024

Hylke Wierda is ferstoarn, en dêrmei is in bysûnder mins gong. Een kleurrike notaris mei in grutte leafde en pasje foar keunst dy’t laat hat ta in ûnfoarstelbere kolleksje byldzjende keunst, etnografika én kitsch. Famylje beskreau him yn de rou-adfertinsje as in ‘bijzondere, lieve, humorvolle, levenslustige en kunstminnende oom’. Hy is tusken syn skatten en rykdom ferstoarn op 86-jierige leeftiid. Anneke van Renssen dûkte yn har ûnthâld en foto-albums, en tekene dit prachtige ferhaal op oer Hylke en oer in eara.

– – – – – – – – – – – –

ANNEKE VAN RENSSEN – In een versleten fotoalbum vind ik een foto van vier jonge mannen. Ze staan voor iets wat op een rad lijkt. Het zijn Hylke Wierda, beginnend notaris, Thom Mercuur, galeriehouder, Sies Bleeker, beeldend kunstenaar en Willem Winters, als dienstweigeraar werkzaam op de staatsdrukkerij in Den Haag. Het is 1968. Ze staan op de Documenta, de vierjaarlijkse grote, belangrijke expositie van hedendaagse moderne kunst in Kassel. Vier totaal verschillende mensen. Wat hen verbond was de liefde voor de kunst.

Hylke Wierda en Siena Binnema in het Tripgemaal, Gersloot

Hylke Wierda en Siena Binnema in het Tripgemaal, Gersloot

Een simpele foto kan rare dingen doen met een mens. Ik was er niet bij, maar ik ken de verhalen. Herinneringen aan deze vier mannen vliegen alle kanten op. Wat niet op de foto staat vul ik in. De smakelijke verhalen over de reis naar Kassel. In een aftands lelijk eendje. Hoe ze bij de Duitse grens een urenlang oponthoud hadden, omdat Thom zijn paspoort vergeten was. Het Akkoord van Schengen bestond nog niet. Ik vraag me af waarom Sjoerd de Vries er niet bij was. Hij hoorde bij deze groep. Wilde hij niet? Was er geen plaats meer in de eend? Hadden ze geen zin om Sjoerd, bij tijden een ongeleid projectiel, mee te nemen?

Levens

De Documenta maakte een onuitwisbare indruk op de vier. Ik mijmer over dat de expositie van grote betekenis geweest moet zijn voor hoe ze hun leven ingevuld hebben.

Thom, eigenaar van een kleine noodlijdende galerie bij de rotonde in Heerenveen, pakte het voortaan iets serieuzer aan. De tijd dat hij de deksel van een Egyptische sarcofaag in de etalage legde waardoor in een mum van tijd de afbeeldingen erop vervaagden was voorbij. Alhoewel, om het hoofd boven water te houden was hij ook melkmonsternemer, en slordig is hij altijd gebleven. Zijn levenswerk – Museum Belvèdère – ten spijt.

Sies wist daarna dat hij als beeldend kunstenaar op de goede weg was, ondanks alle tegenwerking. In Friesland was hij een vreemde eend in de bijt. Toen de kunstcommissie van Heerenveen in het kader van de BKR (Beeldende Kunstenaars Regeling) zijn werk kwam beoordelen, barstten de leden in lachen uit: dit was geen kunst. Huub Mous dacht daar anders over in De Fries die in de toekomst sprong, zijn boek over het Friese modernisme in de jaren zestig. De titel slaat op Sies.

een blikje poep van Piero Manzoni

een blikje poep van Piero Manzoni

Willem ging sociologie studeren en daarna lesgeven. Net genoeg om een inkomen te hebben. Hij besteedde zijn tijd liever aan het verzamelen van boeken over het dadaïsme, schrijven en Perio, zijn kleine uitgeverij van boeken over bijzondere onderwerpen. En hij kon bij tijd en wijle mokken over het feit dat hij op de Documenta zo graag een blikje poep van Piero Manzoni had willen kopen, maar het geld – een paar honderd gulden – niet had.

En dan Hylke. Ineens bedenk me: zou ergens tussen de immens bonte verzamelingen van hem een blikje poep van de kunstenaar staan? Het zou me niet verbazen. Want Hylke, toen al beginnend verzamelaar van onder andere beeldende kunst, was niet meer te stoppen. In de loop der jaren breidde hij zijn verzamelingen steeds meer uit. Niet alleen met beeldende kunst. Drukmachines, curiosa, antiek speelgoed, boeken over kunst, etnografica en zelfs – in mijn herinnering – een paard uit een oude draaimolen. Niets was te gek. Zijn huis werd een schatkamer. Zozeer zelfs dat zijn leefruimte steeds kleiner werd. Toen een nogal geordende vriendin problemen had met de nalatenschap van haar man, vroeg ik of Hylke haar kon helpen. Ik voelde me genoodzaakt haar te waarschuwen. Ze bleef stoïcijns toen Hylke de keukentafel deels moest ontruimen omdat die vol curiosa stond.

Naast die enorme verzameldrang was Hylke altijd bereid te helpen. Ik werkte toentertijd bij Film in Friesland. Als ik een notaris nodig had, kon ik altijd een beroep op Hylke doen. Het was niet de enige stichting die kosteloos een beroep op hem kon doen. En toen Willem en ik na onze scheiding besloten weer samen te gaan wonen, was het Hylke die, toen we bij hem kwamen voor een samenlevingscontract, zei: ‘Doe niet zo ingewikkeld. Ga weer trouwen, dan zijn jullie van alle ellende af.’

De laatste jaren ging zijn gezondheid steeds verder achteruit. Hij werd grotendeels blind. De man die met zoveel plezier in zijn antieke Citroën snoekebek reed, kon dat niet meer. Erger was dat hij zijn eigen verzamelingen niet meer kon zien. Het weerhield hem er niet van door te gaan met het aanschaffen van kunst, etnografica en ander moois.

Terug naar die foto uit 1968. Vier jonge mannen, vol idealen en geobsedeerd door kunst. Alle vier zijn ze op hun eigen manier van belang geweest voor het culturele klimaat in Friesland. Hylke stierf als laatste, op 21 februari. Friesland is weer een bijzonder mens armer.

Hylke Wierda in het Tripgemaal, Gersloot

Kategory
Tags

Gjin tags

Diel dit artikel!

Relatearre artikels