In memoriam Hans Peter Westin (1953-2017)

Publisearre op 9 november 2017

SYDS WIERSMA – 

Op vrijdag 27 oktober overleed na een kort ziekbed de Leeuwarder dichter en vertaler Hans Peter Westin. Als tiener verhuisde hij met zijn ouders uit Zweden via Engeland naar Nederland, waar – zoals hij ooit zei – ‘ik spoorloos integreerde en van de weeromstuit dichter werd in de nieuwe taal, wellicht aangestoken door mijn idool Cornelis Vreeswijk.’

De afgelopen tien jaar woonde Hans Peter in een woonwagen aan de Zwette op boederijcamping de Swetteblom. Daar in de polder, met de skyline van zijn geliefde Leeuwarden op de noordoostelijke horizon, schreef hij zijn beste poëzie. Hij was een scherpe observator en verstond de kunst om zijn waarnemingen en ervaringen, gevoed door een rijke verbeeldingskracht en een fotografisch geheugen, terug te brengen tot levende, poëtische tableaus. Hij noemde zijn relatie tot de natuur ‘spiritueel-realistisch’. Geen overdadig taalgebruik bij deze dichter, maar een pen die in zijn handen een fileermes en een verfijnde penseel werd. Enkele jaren geleden bracht hij zijn ‘polderpoëzie’  bijeen in de dichtbundel ‘Wachten op Stilte’. Die wacht nog op een uitgever, maar is in een kleine, geprinte oplage inmiddels een collectors item geworden.

Hans Peter werd in 1953 geboren in Härnösand, Zweden. Dat is een van de houthavens aan de Botnische kust, ca. 500 km ten noorden van Stockholm. Hij groeide op in de provincie Småland, in het zuiden van het land. In 1971 emigreerde hij met zijn naar ouders naar Nederland. Na het VWO in Groningen kwam hij in 1976 naar Leeuwarden voor een studie aan de Academie voor Expressie en Communicatie. Een jaar later maakte hij zijn debuut als dichter met de bundel Navel (uitgeverij Holmsterland, Groningen, 1977)

Hans Peter: ‘De ontvangst van de eerste bundel had twee dingen duidelijk gemaakt: ten eerste dat ik wel kon dichten, ten tweede dat ik nog niet zoveel te vertellen had. […] Daarna heeft het 25 jaar geduurd voordat ik weer serieus aan het dichten ben gegaan. Een bezoek aan het poëzie/muziekprogramma Un held út de Meenthe van de Leeuwarder zanger en dichter Melvin van Eldik was de directe aanleiding om het weer te proberen. Van Eldik had me duidelijk gemaakt dat je bijvoorbeeld je eigen stad kunt bezingen en ook daarmee poëzie kunt scheppen.’ Maar het poëtisch spectrum van Hans Peter was breder dan stad en polder. Hij was belezen en een trouw luisteraar van BBC World Service. Diverse gedichten openen vensters naar  het wereldnieuws of de wetenschap. Een voorbeeld is het gedicht over de onderzoekers aan het CERN-instituut in Genève (de Europese Raad voor Kernonderzoek), die volgens Hans Peter ook dichters zijn, ‘omdat zij op zoek zijn naar nieuwe taal om nieuwe situaties te kunnen begrijpen.’

Vanaf 1989 werkte hij als freelance vertaler, doeltaal Zweeds, voor verschillende vertaalbureaus binnen en buiten Nederland. Vertalingen van technische handleidingen bij grote, industriële machines waren zijn specialiteit. Hij smulde van instructies voor het monteren/bedienen/onderhouden van gevaartes als een eiersorteermachine of een hooibaalwikkelmachine. Als hij tijd over had, kluste hij bij als timmerman. Naast dichter-vertaler was hij een groot kenner van het werk van Cornelis Vreeswijk (1937-1987). Hij roemde de Zweedse poëzie en liederen van Vreeswijk en vertaalde veel van zijn teksten in het Nederlands. Ook liederen van grote Zweedse tekstschrijvers als Carl Michael Belman (1740-1795), Evert Taube (1890-1976) en Alf Hambe (1931) bracht hij over naar het Nederlands. Voor het Zweeds-Nederlandse duo De Andersons maakte hij de Zweedse vertaling van o.a. het nummer ‘Stockholm sneeuwt’ (2015). En hij hielp Piter Wilkens bij de Friese vertalingen op zijn CD It fugeltsje yn myn gitaar – Piter Wilkens sjongt Cornelis Vreeswijk (2006). Het zijn maar voorbeelden, Hans Peter stond altijd klaar voor muzikanten en lieddichters die iets met Vreeswijk of het Zweedse lied wilden. Een van zijn beste vertalingen vind ik die van de ballad ‘Gabriellas Sång’, bekend van de Zweedse filmhit As it is in heaven (2004). Hans Peter dichtte (want een goede vertaler is net zo goed dichter) de rake slotregels:

 

ik ben hier

en mijn leven is van mij

en de hemel die ooit bestond

wordt de hemel die ik vond

ik wil voelen dat ik heb geleefd

 

De Pijpendraaier, het ledenblad van het Cornelis Vreeswijk Genootschap, blies hij jaren geleden nieuw leven in. Hij verzon de naam, die verwijst naar een van de hoofdkarakters in Vreeswijks oeuvre, en publiceerde er tientallen artikelen in over de Zweedse liedtraditie en persoon en werk van Vreeswijk in het bijzonder. Hij zag het als zijn missie om Nederland kennis te laten maken met de ware Vreeswijk, de in Zweden zo populaire en controversiële dichter en muzikant die in Stockholm een staatsbegrafenis kreeg, maar in Nederland met niemendalletjes als ‘De Nozem en de Non’ nooit echt wist door te breken. Op een paar nummers na, zoals ‘ Het mannetje in mijn gitaar’, kon hij het Nederlandstalige repertoire van Vreeswijk nauwelijks verdragen. Boven het hammondorgel in zijn woonwagen hing jarenlang een poster van Cornelis: een enorme, naakte saunareus, die schalks in de camera kijkt en zich voor de gelegenheid heeft bedekt met zijn gitaar. Hans Peter: ‘Hij heeft mij geleerd hoe je moest emigreren!’

Hoewel hij weinig publiceerde, verschenen er in mei 2009 en april 2010 enkele gedichten van hem in de Moanne. Optreden deed hij vaker, o.a. op de Leeuwarder dichtersmiddagen en -avonden van Melvin van Eldik. Zijn performance maakte steevast indruk. Door zijn subtiele poëzie en door zijn voordracht: handen in de zakken, opgestroopte mouwen van geruite timmermansblouse, stug-rossige bos haar, priemend-lachende ogen, altijd declamerend uit zijn hoofd.    

Hans Peter: ‘Wie in Friesland is geboren en getogen zal nooit beseffen in wat voor een exotisch, onwaarschijnlijk landschap hij rondloopt. Zelf ben ik uit de wouden van Noordoost Zweden naar de bodem van de Middelsee overgeplant; voor mij blijft it Fryske gea een dagelijkse bron van verbazing.’

Afgelopen zomer, kort na het overlijden van zijn grote liefde Wendela Sterker, werd bij Hans Peter opnieuw strottenhoofdkanker geconstateerd. In de maanden daarna verloor hij steeds meer adem en stem. Gelukkig lieten zijn humor en scherpe geest hem tot het laatst toe niet in de steek. In oktober interviewde programmamaker en producent Han Peekel hem nog uitgebreid over Cornelis Vreeswijk. Peekel was zo onder de indruk van zijn kennis en verhalen, dat hij na zijn overlijden besloot om Hans Peter te eren in deze opnames voor de documentaire over Vreeswijk. Zijn laatste gedicht schreef Hans Peter in de nacht van vrijdag op zaterdag 20/21 oktober. Het is een haiku die prijkte boven zijn overlijdensbericht:

 

niet meer fluisterend

maar recht in de ogen ziend

aanvaard ik de dood

 

 

Lês hjir de gedichten ‘Beginsel‘ en ‘Drieluik voor Vincent

Kategory
Tags

Diel dit artikel!

Relatearre artikels