Verlos ons van de ‘LC’!

HUUB MOUS

Stel dat de Leeuwarder Courant ophoudt te bestaan. Hoe zou het leven in Friesland er dan uit gaan zien? Dit gedachte-experiment bracht mij onlangs tot een verhelderend inzicht. Friesland zou een stuk leuker worden. De Friezen zouden wakker schrikken uit een verdoofde staat van bewustzijn, een soort collectieve hypnose, die pas optrekt als iemand met zijn vingers knipt. Maar de LC is onaantastbaar. Kritiek hebben op de grootste krant van Friesland, is zoiets als je eigen nest bevuilen. Omrop Fryslân mag je afzeiken. Daar kun je leuke stukjes over schrijven, zoals Piet Hemminga daar maar geen genoeg van krijgt, ook in de kolommen van de Moanne. Maar kritiek spuien op de LC, dat doe je alleen als je zelf niet deugt. Als ik zeg dat ik mijn abonnement heb opgezegd, kijken mensen mij meewarig aan. ‘Ach, de stakker’, hoor ik ze dan denken. ‘Hij is gefrustreerd. Hij komt zeker te weinig in de krant’. Welaan, ik ben niet gefrustreerd. Ik heb zelfs niets te klagen over de frequentie waarmee ik in de krant kom, als ik me daar al iets aan gelegen liet liggen. Maar door de jaren heen heb ik wel een gruwelijke hekel gekregen aan dit Friese bolwerk van zelfgenoegzaamheid.

De Leeuwarder Courant is de geïnstitutionaliseerde middelmaat van Friesland. Het levend bewijs dat gebrek aan concurrentie dodelijk is voor kwaliteit. Deze krant hoeft zich al decennialang niet meer te bewijzen. Sinds haar abonneebestand in de jaren zestig en zeventig spectaculair is gegroeid, is er geen uitdaging meer, geen strijd. Wat rest is de eeuwige sluimering van de behoudzucht. Het enige gevaar dat deze kant nog te duchten heeft komt van ver weg. Alleen de populistische journalistiek van de Telegraaf zou de Friese massa tot een ander leesgedrag kunnen verleiden. Dat gevaar moet dan ook uit alle macht worden bestreden, en wel met haar eigen middelen. De Leeuwarder Courant mag nooit te ver wegdrijven van de journalistieke formule die de Telegraaf heeft groot gemaakt. Dat is de policy van de hoofdredactie, die overduidelijk op alle pagina’s en in alle kolommen te bespeuren valt. Hou het simpel. Het volk wil dat. Zeker in Friesland.

‘De Leeuwarder Courant is de geïnstitutionaliseerde middelmaat van Friesland.’

Om te zien dat er iets grondig mis met deze krant is een eerste blik al voldoende. De opmaak deugt niet. De letter leest vermoeiend. De koppen zijn te groot en de pagina’s te rommelig. Een adequate balans tussen beeld en tekst is doorgaans ver te zoeken. Vaak is niet duidelijk waarom een specifieke foto is afgedrukt en zeker niet in het gekozen formaat. Het dieptepunt van lelijkheid is de weekendbijlage. Voor de opmaak hiervan heeft men kennelijk even de tijd kunnen nemen, en dan gaat het ook prompt helemaal mis. Schreeuwende koppen in allerlei lettertypes dwars door elkaar heen. Een overdaad aan foto’s in bizarre arrangementen samengevoegd. Alle grappen en grollen, die een grafisch vormgever in het eerste jaar van zijn vakopleiding wordt afgeleerd, worden hier schaamteloos tentoongespreid. Een goede opmaak van een krant creëert rust om de inhoud optimaal tot zijn recht te laten komen. De pagina’s van de LC worden gekenmerkt door een structurele onrust. Het meest schrijnend nog is dat niemand in huis dit gebrek aan grafische kwaliteit lijkt te zien. Sterker nog, men schijnt het wel best te vinden. Hoe zo slecht? Het verkoopt als een tierelier.

Die kromme redenering, die het gebrek aan niveau tot drijfveer maakt van het vermeende succes, is ook bepalend voor de inhoud van de krant. Kwaliteit wordt niet afgemeten aan een zelfopgelegde maatstaf maar aan een fictief normenstelsel dat aan een denkbeeldige, gemiddelde lezer wordt ontleend. Die gemiddelde lezer van de LC woont niet in Jorwerd of in Appelscha, laat staan in Leeuwarden. Het is ook geen mens van vlees en bloed, maar een fantoom dat alleen bestaat in de hoofden van de hoofdredactie. Dat fantoom woont in Middelstum. Middelstum is het Middletown van Friesland. In dit uit zijn krachten gegroeide dorp bevindt zich het ideale sociogram van de Friese samenleving. Vier gezinnen lezen samen een krant, die s’avonds nog wordt doorgegeven. Men kijkt naar Omrop Fryslân en praat over zaken zoals de hoofdredactie van de LC denkt dat er over zaken gepraat moet worden. De rubriek ingezonden brieven is van oudsher het levend bewijs dat Middelstum ook echt zou kunnen bestaan. Al deze brieven lijken in Middelstum gepost, ook al staat er vaak een andere plaatsnaam onder. Middelstum is de maat van alle dingen. De maat van het grote dorpsplein, die niemand op de redactie ooit mag vergeten. Wat Middelstum niet snapt, snapt niemand.

‘Gebrek aan eigenzinnigheid is symptomatisch voor de mentaliteit waar deze krant onder te lijden heeft.’

De grootste fout die je als journalist kunt maken is het onderschatten van je publiek. En juist die fout heeft de redactie van de LC tot een journalistieke beginsel verheven. Wie ooit het redactielokaal van deze krant heeft betreden kent de beknellende sfeer waar dit beginsel toe leidt. Het eerste wat hier opvalt is dat iedereen altijd achter zijn bureau zit. Dit is geen redactielokaal, dit is een kantoor. Er hang een diepe rust, een weldadige stilte. Journalist zijn bij de LC betekent werken van nine to five. De dagen vlieden heen in domme regelmaat en onderwijl droomt menigeen weg, denkend aan het echte leven, dat wil zeggen: een literaire carrière! Hoeveel manuscripten van LC-redacteuren zijn er niet door de jaren heen op het kantoor van de Friese Pers Boekerij, en vervolgens in de prullenmand beland. Een enkeling weet aan zijn lot te ontkomen en lanceert zichzelf, dwars door zijn eigen plafond, de grote wereld in. Eindelijk ontsnapt aan de stille terreur van Middelstum. Maar de modale journalist, die werkzaam is bij de LC, heeft een probleem. Hij vindt zijn eigen vak minderwaardig. Hij is zelfs jaloers op de mensen over wie hij elke dag weer schrijven moet. Want in de krant komen is in Friesland geen kunst. Dat weten ze bij de redactie van de LC als geen ander.

Wie gedoemd is om tot de VUT redacteur van de LC te blijven, rest nog een hoop: de ‘jobrotatie’. Deze interne carrousel biedt ongekende perspectieven voor wie het echt niet meer ziet zitten. Eindelijk weg van die stadsredactie of de provinciale politiek! Dat kan door een desastreus personeelsbeleid, dat er vanuit gaat dat verandering van werksfeer per definitie kwaliteit van het product bevordert en dat specifieke deskundigheid voor een journalist alleen maar belemmerend werkt. Iedere journalist moet immers over alles kunnen schrijven. Zo hoopt iedereen ooit nog eens de opiniepagina onder zijn beheer te krijgen, of liever nog, de cultuurpagina, want daar hoef je helemaal geen verstand van te hebben. De cultuurpagina is dan ook de meest treurige uithoek van de LC. Hier heerst de stille terreur van Middelstum in zijn meest beklemmende gedaante. Besef van kwaliteit lijkt geheel afwezig. Laat staan het besef dat kunstkritiek een voorwaarde is voor een goed cultureel klimaat. Alles wordt met dezelfde loomheid tegemoet getreden. Er is geen enkele drang om dingen zelf uit te gaan zoeken. Recensies munten uit door clichés en open deuren. Onbenullige berichten van landelijke persbureaus worden steeds meer als bladvulling gebruikt. Zo wordt de lezer grondig geïnformeerd over de borstvergroting van Britney Spears, maar voor een kritische analyse van het provinciale cultuurbeleid, of van een culturele instelling hoef je de LC al jaren niet op te slaan.

‘Het monopolie van de LC is diep in de Friese samenleving verankerd. Deze krant maakt deel uit van een merkwaardige verklontering van macht en kapitaal, die landelijk gezien tot de meest kapitaalkrachtige mediaclusters behoort.’

Een heikel punt is het ‘dubbele petten syndroom’, ofwel de verwevenheid van journalistiek met politiek en andere facetten van het maatschappelijk leven. Friesland is klein en als redacteur van de LC kom je al gauw in situaties terecht waarin je eigen belang verstrikt raakt met de zaak waar je als onafhankelijk journalist een objectief oordeel over moet vellen. Journalisten van de LC hebben er doorgaans geen moeite om zitting te nemen in besturen van stichtingen, culturele evenementen, of jury’s. Het recenseren van elkaars boeken en publicaties wordt niet als problematisch ervaren. In 1987 was het voor de hoofdredactie geen enkel probleem dat de chef kunstredactie opeens de partner bleek van de gedeputeerde van cultuur. Integendeel, zo hoor je nog eens wat. Nu Irene Overduin als partner van de nieuwe cultuurwethouder van Leeuwarden in een vergelijkbare, maar veel minder verweven situatie is beland, blijkt dat voor diezelfde hoofdredactie wel degelijk een lastig obstakel te vormen. Dergelijke scrupules komen niet voort uit een voortschrijdend inzicht in de ethische aspecten van de journalistiek, maar uit puur pragmatische afwegingen tussen enerzijds imagobeschadiging door de schijn van partijdigheid en anderzijds het belang van inside-informatie. Leeuwarden is geen Provincie. En bovendien, de Leeuwarder Courant heeft het nooit zo met Leeuwarden op gehad. Toen de hoofdstad streed om een knooppuntstatus, werd die ambitie in de eigen Leeuwarder Courant onderuitgehaald, wat de toenmalige burgemeester Te Loo tot wanhoop moet hebben geleid. Hoe kun je lobbyen in Den Haag, als alle kamerleden in hun knipselkrant kunnen lezen dat de Friezen zelf hun hoofdstad niet echt serieus nemen.

‘Rimmer Mulder is een God in Friesland, voor wie zelfs Friezen op hun knieën gaan.’

Maar afgezien daarvan, de Leeuwarder krant is saai. Hij nodigt niet uit tot lezen, hooguit tot bladeren of een veredeld scannen. Die saaiheid komt vooral tot uiting in een structureel gebrek aan humor. De cartoons van de LC zijn de saaiste van heel Nederland. Flauwe grappen zonder enige pointe proberen telkens weer de schijn van satire te wekken. Deze meligheid van de koektrommel krijgt elk jaar weer zijn bekroning in de paginagrote tekening van Frâns Faber in de oudejaarsbijlage. Daarin wordt de spruitjesgeur van Middelstum tot een soort kunstvorm verheven. Hoed je voor situaties waarin de LC probeert echt grappig te zijn. Het jaarlijkse nieuwjaarspresentje, dat aan relaties wordt rondgestuurd, is telkens weer het levend bewijs dat men geen flauw benul van humor heeft. Dat droevig stemmend gemis uit zich ook in de columns. De LC heeft geen enkele columnist die je nieuwsgierigheid opwekt of die je wilt volgen vanwege een eigenzinnige kijk op de dingen. Er is niet eens een tv-rubriek. Ze kijken wel uit, want dan zou er over Omrop Fryslân geschreven moeten worden. Dat is een absoluut taboe. De Omrop bestaat niet, alleen de LC bestaat.

Gebrek aan eigenzinnigheid is symptomatisch voor de mentaliteit waar deze krant onder te lijden heeft. Het is een mentaliteit van zelfgenoegzaamheid die doof is voor elke kritiek van buitenaf. Deze houding kan men zich permitteren, omdat deep down het besef leeft dat deze buitenwacht niet echt bestaat. De werkelijkheid in Friesland is de Leeuwarder Courant. Een andere werkelijkheid is er niet. Deze krant verslaat niet het nieuws. Het nieuws wordt op de redactie zelf gemaakt. We rule this country, dat is wat men denkt. Die arrogantie van de macht wordt bij uitstek uitgedragen door de hoofdredactie, en met name door Rimmer Mulder. Zijn patriarchale en regenteske attitude zou in de Randstad allang tot onoverkomelijke problemen hebben geleid. Maar in Friesland kun je jezelf als hoofdredacteur van de LC een aureool van onaantastbaarheid aanmeten, waar de honden geen brood van lusten. Rimmer Mulder is een God in Friesland, voor wie zelfs Friezen op hun knieën gaan. Captains of industry, commissarissen en bestuurders, niemand heeft meer aanzien en macht dan hij. Hij kan burgemeesters laten vallen als een baksteen, of mild de hand boven het hoofd houden, als ze door Jan en alleman worden afgebrand. Zijn finest hour is telkens weer, als hij – met de rode sjaal losjes om de nek – voor een landelijke camera mag uitleggen hoe iedereen in Friesland het weer eens verkeerd heeft gezien. Rimmer spreekt de waarheid. Sterker nog: Rimmer is de werkelijkheid. Het is de enige werkelijkheid die we in Friesland hebben.

De Leeuwarder Courant houdt Friesland klein door een klimaat van kleingeestigheid, dat dit journalistieke bolwerk sinds jaar en dag legitimeert. Niemand steekt boven het maaiveld uit. Dat is bij de krant ook ten strengste verboden. Denkend aan de LC krijg ik heimwee naar Laurens ten Cate. Naar een eigen geluid, een stem, een gezicht. Iemand die je lezen wilt ook al ben je het niet met hem eens. Maar die stem is er niet. Het zwijgen heerst als de stilte van de macht. Het monopolie van de LC is diep in de Friese samenleving verankerd. Deze krant maakt deel uit van een merkwaardige verklontering van macht en kapitaal, die landelijk gezien tot de meest kapitaalkrachtige mediaclusters behoort. Zelfs het noodlijdende dagblad het Parool werd er onlangs bijna door opgeslokt. Hoe die verwevenheid van macht en kapitaal de Friese politiek, de Friese cultuur, en zelfs het Friese bedrijfsleven in zijn greep houdt, daar is bar weinig over bekend. De wegen van de LC zijn nog altijd duister en ondoorgrondelijk. Het zou een aardige klus zijn voor een kritische journalist, om deze verwevenheid eens op de draad te ontrafelen. Maar Friesland kent geen klokkenluiders, laat staan een deep throat. Wie zou er ook belang moeten hechten? Zeker de inwoners van Middelstum niet. Zij lezen de krant en geven hem door, zoals ze dat altijd al hebben gedaan. Maar Middelstum bestaat niet. Het is een hypnose die we met zijn allen in stand houden en niemand knipt met zijn vingers.

 

Earder publiseard yn de Moanne, 3 (2004), 1 (febrewaris), s. 3-5.

Comments
2 reaksjes oan “Verlos ons van de ‘LC’!”
Reagearje

DE MOANNE

'de Moanne' wol in breed en kreatyf poadium biede foar aktuele en skôgjende bydragen oer kultuer en de keunsten. 'de Moanne' lit sjen wat der yn en om Fryslân spilet, yn taal, byld en nije media. 'de Moanne' ferskynt op it web, op papier en organisearret 'live'-moetingen.