Prozazomer LC en de Moanne: ‘De kloof (2)’: Nicole van den Berg

Publisearre op 23 juli 2022

Dizze simmer publisearje de Leeuwarder Courant en literêr tiidskrift de Moanne seis koarte ferhalen, lietteksten en gedichten fan oanstoarmjend Frysk skriuwtalint. De skriuwers bûgden har oer it tema ‘de kleau – de kloof’. Hjoed de twadde bydrage, fan Nicole van den Berg. De yllustraasje is fan Sietske Harkema.

Set fêst yn de aginda: 11 oktober is ‘de Kloof’ te sjen yn de Kas, by Explore the North.

Man die werkt

I. 

De Nieuwe neemt plaats aan een hagelwit bureau op de vijfde verdieping. Naast zijn werkplek staat een vreugdeloze plant, en daar weer naast een manager. De manager is voortdurend bezig zijn overhemd terug in zijn broek te stoppen.

‘Goed, dit is dus je telefoon.’ De manager pakt het toestel van het bureau en houdt het demonstratief aan zijn oor. ‘Draadloos, helemaal van nu. Je collega’s staan er zelfs al in.’

‘Bedankt,’ zegt De Nieuwe. ‘Echt helemaal super.’

         ‘Zo’n eerste werkdag is altijd spannend. Red je het zo, eerst?’

         Wat onbeholpen klopt de manager hem op zijn schouder.

‘Nou, ik heb nog wel één vraag: wie is dat daar?’

         De Nieuwe wijst naar een glazen hokje in de hoek van de afdeling. Achter het glas zit een bijzonder grote man op een bijzonder kleine bureaustoel. Zijn armen bungelen roerloos langs zijn lichaam. Ook heeft hij zijn winterjas nog aan.

‘Dat is ook een man die hier werkt,’ zegt de manager.

         Samen turen ze naar het hokje. De man achter het glas zit tegenover een computerscherm, maar een muis en een toetsenbord lijken te ontbreken. Ter hoogte van zijn hoofd is een stuk vuilniszak op het raam geplakt.

‘Wat is zijn functie, als ik vragen mag?’

‘Werknemer,’ zegt de manager. ‘Allround, zeg maar.’

‘Aha, dus ik kan bij hem terecht voo-’

‘Hij is senior,’ interrumpeert de manager. ‘Processen bewaken, dat soort zaken. Hij is vaak druk. Zit je bureaustoel goed?’

         ‘Ik ga hem zo verstellen. Mooie eerste klus, dacht ik?’

         De manager knikt driftig: ‘Dit is dus precies het stukje pro-activiteit waar we het eerder over hadden. Heerlijk! Welkom in ons team.’

 

II.

 

De manager is nog maar net vertrokken of de draadloze telefoon gaat al over. Intern 3, staat er op het scherm. De Nieuwe schraapt zijn keel en neemt het toestel van de houder.

‘Hallo?’

‘Wat denk je wel niet,’ sist een stem.

De Nieuwe buigt zich iets verder over zijn bureau.

‘Sorry?’ fluistert hij. ‘Wie is di-?’

‘Dat walst hier binnen en begint direct lastige vragen te stellen over functies, taken…’ vervolgt de stem. ‘What’s next deadlines?’

De Nieuwe komt een klein stukje overeind uit zijn bureaustoel. Als een stokstaartje in de savanne scant hij de kantoortuin. Iedereen lijkt druk in de weer met papieren of tikwerk. Alleen vijf tafels verderop zit een vrouwelijke collega met een telefoon aan haar oor. Ze kijkt hem indringend aan. Haar korte haren staan recht omhoog.

‘Ben jij het?’ fluistert hij. ‘Naast de printer?’

         ‘Nee,’ zegt de stem.

         ‘Maar ik zie je mond bewegen.’

         De vrouw schudt haar hoofd.

         Haar haar beweegt niet mee.

         Nog steeds kijkt ze hem recht in de ogen aan.

         ‘Ik moet weer verder,’ zegt De Nieuwe.

         Hij legt de hoorn op de haak. Met het zweet in de nek opent hij zijn kakelverse mailaccount. Direct komt er een bericht binnen van de manager.

         ‘De schoonmaakster komt vandaag om 13.30 uur op de afdeling. Vanwege ziekte is het helaas niet haalbaar alle etages in de avonduren te doen. Graag wijs ik jullie op onze clean desk policy; alleen opgeruimde bureaus worden gepoetst.’

         Plotseling klinkt er aan alle kanten geroezemoes.

         Voorzichtig steekt de Nieuwe zijn hoofd opnieuw boven zijn scherm uit. Op alle computers binnen zijn gezichtsveld prijkt dezelfde mail. De vrouw met het onbeweeglijke haar maakt opzichtig foto’s van haar beeldscherm. ‘Bewijs,’ zegt ze. ‘Altijd back-ups maken.’

 

III.

 

Kort na de lunchpauze beginnen de eerste collega’s hun bureaus leeg te maken. Geritsel van papieren, geschuif van archiefkasten. De Nieuwe legt de pennen en memoblokjes op zijn bureau recht; verder heeft hij nog niets. Dan opent hij een spreadsheet. De woorden TO DO komen in dikke letters bovenaan het document.

         ‘Zou je niet ook even vaart maken met opruimen?’ De vrouw met het onbeweeglijke haar is – schijnbaar uit het niets – naast het bureau van De Nieuwe verschenen. Ze heeft haar jas aan en een tas over haar schouder.

         ‘Kunnen we niet gewoon doorwerken tijdens de schoonmaak?’

         ‘Ik ga dus niet eerst helemaal opruimen en dan weer opstarten. Dan heb ik werk van het werk. We moeten ook om de efficiency denken.’

         De Nieuwe tuurt naar zijn lijst.

         Veel verder dan de opmaak is hij nog niet gekomen.

         ‘Ik blijf toch maar hier,’ zegt hij.

         ‘Zelf weten,’ zegt de vrouw. ‘Maar daar is ze al.’

         De vrouw met het onbeweeglijke haar stuift richting de lift, wurmt zich langs de volgepakte schoonmaakkar en verdwijnt. Alle andere collega’s begeven zich richting de koffiehoek, bepakt en bezakt met pennenhouders, memobriefjes en fotolijsten van gezinnen en honden. Alle bureaus zijn leeg. Alleen De Nieuwe en de man in het glazen hokje zijn nu nog over.

 

IV

 

De schoonmaakster werkt razendsnel. Eerst de ragebol langs de systeemplafonds en kozijnen, daarna alle oppervlaktes. Ze besteedt extra tijd aan het poetsen van het glazen hokje, maar de man in de winterjas lijkt haar niet op te merken. Ook niet wanneer ze het stuk vuilniszak vervangt met een nieuw, nog donkerder exemplaar. Heel eventjes is het hoofd van de man zichtbaar. Hij lijkt zijn ogen dicht te hebben.

         De Nieuwe schraapt zijn keel.

         ‘Wil je ook een bakje koffie?’ vraagt hij.

         ‘Geen tijd. Ik heb een kwartier per etage.’

         Voordat De Nieuwe nog iets kan zeggen of vragen, haalt de schoonmaakster de stekker van zijn beeldscherm uit het stopcontact en stopt die van de stofzuiger erin. Met de stok maait ze zijn voeten aan de kant. Binnen vijf minuten is de hele afdeling kruimelvrij. Alleen het glazen hokje wordt overgeslagen.

         ‘Hij schijnt druk te zijn,’ zegt de schoonmaakster.

         Ze drukt de kar in de lift en verdwijnt.

         De Nieuwe friemelt aan de stekker van zijn beeldscherm. Er zit geen leven meer in. Ongeduldig drukt hij op wat toetsen, klikt in het wildeweg met de muis. Het spreadsheet springt net weer in beeld wanneer er met een klap een kop koffie op zijn bureau wordt gezet.

         Het is de manager.

         Eerst doet de manager zijn overhemd goed in zijn broek. Dan pakt de hij een stoel, gaat er omgekeerd op zitten en tuurt geïnteresseerd naar het scherm met invulvelden. Eén veld is per ongeluk paars. In een ander veld staat: ‘908906’. De manager wijst ernaar en zegt: ‘Hm-hm. Interessant. Eentje al helemaal paars! Ga zo door.’

 

Nicole van den BergNicole van den Berg (1988) woont, werkt en wandelt – met haar stabij Yuko – in Leeuwarden. Ze schrijft graag over gewone mensen die er het beste van proberen te maken. Daarnaast werkt ze als communicatieadviseur en contentontwikkelaar. In 2021 bracht ze in eigen beheer Het Losloopveld uit, een zelf geïllustreerde bundel met korte en nog kortere verhalen. Haar werk is te vinden op www.slenteraar.nl.

 

Kategory
Tags

Gjin tags

Diel dit artikel!

Relatearre artikels