Oude kennis in jonge koppen

Publisearre op 24 mei 2019

DIRK VAN GINKEL – 

Zeven jongeren van CSG Comenius en D’Drive van het Friesland College – drie meisjes en vier jongens – brachten onlangs een werkbezoek aan Fenduq, het Marokkaanse atelier van Eric van Hove. De kunstenaar, die op dit moment exposeert in het Fries Museum, werkt aan projecten waarin ambachtelijkheid centraal staat, zoals het nu actuele ‘Fryske Motor’. De leerlingen kregen de kans hun eigen vaardigheden te verdiepen door samen te werken met ervaren Marokkaanse ambachtslieden.

 

Het was voor de jongeren een nieuwe onderwijssituatie. Het ging precies zoals ze dat in Marokko gewend zijn te doen: kijken en nadoen.

 

‘42 graden! Alsof er een föhn op je gericht was, zo warm was het.’ Jolijn Peters, educator beeldende kunst bij het Fries Museum, beschrijft de omstandigheden waaronder zeven Friese jongeren onlangs hebben gewerkt in het Marokkaanse atelier van kunstenaar Eric van Hove. Twee leerlingen van CSG Comenius, twee studenten van D’Drive Creatief Vakmanschap en drie studenten van D’Drive AV (audiovisueel) waren op initiatief van het Fries Museum afgereisd naar Marrakesh. Ze doen mee aan ‘Fryske Motor’, een langlopend internationaal project waarin de herwaardering van creatief vakmanschap en ambachtelijkheid centraal staat. Met een team van ambachtslieden uit verschillende landen reproduceert Van Hove industriële motorblokken en voertuigen. Voor de Fryske Motor is dat de Claas Jaguar veldhakselaar. De onderdelen worden met de hand nagemaakt uit verschillende materialen, waaronder hout, keramiek en koper. Voor de Friese vmbo-leerlingen en mbo-studenten was het werkbezoek aan het atelier van Van Hove een uitgelezen mogelijkheid om hun eigen vaardigheden verder te ontwikkelen in een ‘ouderwetse’ maar buitengewoon effectieve meester-gezel situatie.

 

Fryske Motor
Jolijn Peters heeft het project samen met haar collega Inge Hekman bedacht. ‘Het is onze taak om de exposities van het Fries Museum relevant te maken voor alle soorten onderwijs. We maken een inhoudelijke “vertaalslag” waardoor een expositie aansluit bij de lesstof waar de jongeren mee bezig zijn en bij hun belevingswereld. Tijdens de voorbereidingen van de grote expositie “Eric van Hove: Fenduq” – nu in het Fries Museum – realiseerden we ons dat hier prachtige mogelijkheden lagen voor leerlingen van ambachtelijke opleidingen. We hebben in het kader van de Fryske Motor contact gelegd met Van Hove en de Friese vakmensen die betrokken waren bij de Fryske Motor. Zij waren bereid met de scholen CSG Comenius, Friesland College, Piter Jelles Ynsicht en ROC Friese Poort samen te werken en leerlingen en studenten mee te laten lopen. En met die vmbo-ers en mbo-ers zijn we onlangs naar Marokko gegaan. Voor hen was het dus een mooi vervolgproject.’

 

Met handen en voeten
In Fenduq, het atelier van Van Hove, troffen de jongeren hout-, metaal- en beenbewerkers. Op niet veel meer dan een paar vierkante meter zaten de beste ambachtslieden van Marokko bijeen, alleszins bereid om met de Friezen aan de slag te gaan.

Jolijn Peters: ‘Het was voor hen een nieuwe onderwijssituatie. Het ging precies zoals ze dat in Marokko gewend zijn te doen. De “leerling” gaat naast de meester zitten, kijkt goed naar wat die doet, doet het na, maakt een fout, probeert het opnieuw, net zolang tot het goed gaat. De communicatie was nonverbaal, alles ging met handen en voeten, want de Marokkanen spraken verschillende talen, maar geen Engels of Nederlands. Toch heeft uiteindelijk niemand de taal echt gemist: het ging in feite alleen maar om kijken en nadoen. Het was prachtig om te zien dat dit zo goed werkte.’

 

Andere mentaliteit
De jongeren hebben gewerkt met materialen en technieken waarmee ze niet bekend waren. Wie snijdt er nog in been en wie soldeert nog met een bout die eerst verhit moet worden in een vlam? En dan was er ook nog de kennismaking met een heel andere mentaliteit. Ook dat maakte de reis volgens Jolijn Peters waardevol. ‘In Nederland heeft ambachtelijkheid niet zo’n hoge status als in Marokko, de beroepssector is ook klein. Niet alleen omdat de maakindustrie grotendeels uit ons land verdwenen is, maar ook omdat alles nu snel en goedkoop en digitaal moet. Bij ambachtelijk vakmanschap gaat het juist om kwaliteit als resultaat van inzet, aandacht en vaardigheid. Via een langdurig proces kom je tot iets moois. Dat inzicht is precies wat de studiereis voor de leerlingen en studenten heeft opgeleverd. Ik denk ook dat ze zich nu stiekem trots voelen op waar ze goed in zijn.’

De drie studenten van D’Drive AV hebben het verblijf in Marokko gefilmd. Zij produceren een ‘after movie’. In de maanden september en oktober komen de Friese, Marokkaanse en Zweedse vakmensen die aan de Fryske Motor hebben gewerkt met hun onderdelen naar de Blokhuispoort in Leeuwarden. Daar wordt dan de Claas Jaguar veldhakselaar in elkaar gezet. Jolijn Peters gaat eind juni met een tweede groep naar Marokko, ditmaal van ROC Friese Poort en Piter Jelles Ynsicht.

Kategory
Tags

Diel dit artikel!

Relatearre artikels