Nu niet te zien (7): De Roos van Tudor

Publisearre op 22 februari 2021

DIRK VAN GINKEL –

Musea en galeries hebben opnieuw hun deuren tot nader order gesloten. Wat lopen we allemaal mis? In deze serie schenkt de Moanne aandacht aan de uitgestelde of gesneefde expositieplannen van kunstinstellingen en hun kunstenaars. Dit keer galerie De Roos van Tudor en de kunstenaars Françoise Stoop, Jóna Rasmussen en Margot de Jager.

Met de expositie Ode aan het landschap presenteert galerie De Roos van Tudor het werk van drie vrouwelijke kunstenaars. Ze vullen elkaar mooi aan, omdat ze alle drie het onderwerp op geheel eigen wijze benaderen. Bovendien gebruiken ze ieder andere materialen voor hun werk, waardoor er ook op dat vlak sprake is van diversiteit.

In het werk van Rasmussen proef je de kracht van de natuur in het grote gebaar dat uit haar werk spreekt.

Flonkerend zwart

Jóna Rasmussen, zonder titel

Jóna Rasmussen is afkomstig van de Faraoër Eilanden. Anderhalf jaar geleden was haar werk ook al te zien bij De Roos van Tudor, toen bij de expositie Graphic Meetings. Rasmussen presenteert nu opnieuw grafisch werk: zeven etsen in zwart-wit tinten.

Ze is een kunstenaar die zich naar eigen zeggen laat inspireren door de natuurlijke omgeving van haar woonplaats: de ruige eilanden in het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan. In haar werk zie je die natuur niet direct terug, want haar etsen neigen sterk naar abstractie. Wel proef je de kracht van de natuur in het grote gebaar dat uit haar werk spreekt.

Alle etsen zijn ‘Zonder titel’. Wil je als kijker een relatie leggen tussen haar werk en de titel van de tentoonstelling, dan moet je zelf aan de slag. Zo zou je bij de uit vierkanten opgebouwde achtergrond in een van haar werken kunnen denken aan de hoekige steenformaties die gebruikt worden als zeeweringen: een poging het irrationele van de natuur te temmen met rationele middelen. Of dat lukt is maar de vraag, want de grijs-witte vierkanten worden ‘overruled’ door een dominante diepzwarte vorm. Je kunt daar de krachtige dynamiek van wind en water in voelen.

Maar eigenlijk is het helemaal niet nodig om in deze werken meer te zien dan wat ze eigenlijk zijn. Sterke beelden in een diep en donker zwart dat op een merkwaardige manier flonkert, alsof er kwarts in de inkt verwerkt is. De expressionistische beelden van Rasmussen zijn van zichzelf al pakkend genoeg.

De structuurrijke verfhuid in de imaginaire landschappen van De Jager zorgt voor veel beleving.

Margot de Jager, Woodlands IV

Avontuur in verf
Zo terughoudend als Rasmussen is in haar kleurgebruik, zo overdadig is Margot de Jager. Tudor toont zes grote schilderijen van deze Amsterdamse kunstenaar. Ze zijn alle direct te herkennen als landschap, ook al zijn ze niet te herleiden tot werkelijke plekken. ‘Imaginaire landschappen’, noemt De Jager ze.

De rol die de verf speelt bij deze werken is cruciaal. De verf geeft niet alleen kleur en vorm, maar ook structuur. Deze landschappen kun je het best ervaren als je er met je neus bovenop staat. Je ziet dan niet alleen dat er achter elke kleur telkens weer andere schuilgaan, maar ook hoe gevarieerd in structuur de verflagen zijn.

De Jager mag graag organisch materiaal als bloemblaadjes door haar verf mengen. De hoogteverschillen die daardoor in de verflagen op het doek ontstaan, geven deze imaginaire landschappen iets heel tastbaars. En ook iets kwetsbaars. Want verf kun je niet alleen gul en ruimhartig aanbrengen, je kunt de opgebrachte lagen er ook weer ruw afscheuren. Dat doet De Jager op verschillende plekken. De achtergebleven verflagen hebben soms opstaande randen. Daardoor kun je een beetje onder de verfhuid kijken. Als toeschouwer krijg je daardoor het gevoel dat je het avontuur mee kan maken dat het schilderen voor De Jager moet zijn.

 Het schilderen van Stoop is een ongewisse onderneming door het gebruik van ruwe jute als ondergrond.

Lyriek in jute

Françoise Stoop, schemering

Ooit hing een werk van Françoise Stoop in Museum De Fundatie precies tussen dat van J.W. Turner en Mondriaan in. Dat was goed gezien van het Zwolse museum. Want in haar werk komen de noordelijke romantiek en de abstractie samen. Haar landschappen heeft Stoop tot kleurvlakken teruggebracht, vaag en vervloeiend. Het echte avontuur zit ‘m in het gebruik van jute als ondergrond. Daardoor wordt haar schilderen een ongewisse en dus romantische onderneming. Want het jute van aardappel- en zandzakken is ongelijk van structuur, heeft vouwen, naden en loshangende slierten, is soms dicht geweven en soms bijna transparant. Dat werkt allemaal mee in het eindresultaat. Je zou kunnen zeggen dat het jute met Stoop meeschildert.

Mede dankzij deze materiaalkeuze is het oeuvre van Stoop heel onderscheidend. Haar poëtische landschappen haal je overal tussenuit. Inmiddels maakt ze ook minder abstract werk. Vorig jaar was er bij Tudor al een landschap met een ‘gewone’ wolkenlucht te zien, nu een landschap met een ‘echte’ boom. Dat is even wennen. Net zoals de twee werken op normaal doek die Tudor laat zien naast de vijf op het bekende jute. Dat maakt nieuwsgierig naar meer nieuw werk.

De expositie Ode aan het landschap sluit aan bij een nationaal evenement, georganiseerd door het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen. Dat heeft 2021 uitgeroepen tot themajaar Ode aan het landschap, waarmee het ‘meer kennis, aandacht en waardering genereren’ wil voor het Nederlandse landschap.

De expositie bij De Roos van Tudor is op afspraak te bezoeken.

www.roosvantudor.nl

www.fstoop.nl

www.margotdejager.nl

Kategory
Tags

Gjin tags

Diel dit artikel!

Relatearre artikels