fotografy: Dirk van Ginkel

Kartonpoëet

DIRK VAN GINKEL – 

Friesland kent veel kunstenaars die in alle stilte en afzondering hun werk doen. Dat bleek wel uit de overzichtstentoonstelling Frysk in Museum Belvédère (2018-2019). Zulk goed werk van zoveel onbekende namen. In de serie ‘Talenten in de luwte’ leren we deze kunstenaars beter kennen. Dit is deel 12: Jan Reinder Adema.

Achter de expositieruimte van Galerie Jan Reinder Adema in Damwâld bevindt zich een kleinere ruimte met meerdere functies. Hier zijn kunstwerken opgeslagen, er liggen naslagwerken en monografieën, het hondje heeft er zijn mand en er staat een klein tafeltje met een stoel. Dat is de werkplek van de kunstenaar. Want dat is Adema, naast galeriehouder, ook.

 

‘Soms denk ik dat mijn kartonsnedes met al die laagjes net beeldhouwwerkjes zijn.’

 

Inspiratie
Iets ‘kunstigs’ zat Adema van jongs af in het bloed. Hij wilde wel acteur worden, of balletdanser, maar hij richtte zich al snel op de beeldende kunst. Het liefst wilde hij grafiek maken. Er waren plannen om etslessen te volgen, maar daar kwam het niet van. Wat dan: houtsnedes, linosnedes, litho’s? Het kwartje viel toen hij begin jaren negentig in het Stedelijk Museum in Amsterdam werk zag van Jan Schoonhoven en daardoor diep geraakt werd. Niet zozeer door de bekende witte werken van gevouwen karton, maar door diens kartonsnedes. ‘Schoonhoven had in dat werk de bovenste laag van ribbelkarton weggescheurd waardoor je die prachtige onderliggende structuren zag. Ik dacht meteen: dat ga ik ook doen. Maar dan wel op mijn manier: subtieler, poëtischer.’

In de schuur thuis had Adema nog een oude doos liggen en daarmee ging hij aan de slag. Zijn gereedschap: een oud maar vlijmscherp aardappelschilmesje dat hij van zijn beppe had gekregen.

 

Houtsnedes van karton
Adema was van plan om een soort houtsnedes in karton te maken, waarbij dus de niet weggesneden delen van een verflaagje worden voorzien en afgedrukt. Hij begon met abstracte werken in zwart-wit en maakte oplages van drie of vier stuks. Later begon hij figuratiever te werken en kleur toe te voegen. Zijn belangrijkste thema: landschappen, bomen en tuinen. ‘Ik heb in mijn jonge jaren de tuinbouwschool gedaan en die liefde voor alles wat groeit en bloeit heb ik nog steeds.’

Zijn werk werd later kleurrijker en verfijnder, maar ook nog geringer van oplage. ‘Ik kreeg de afdrukken nooit helemaal gelijk en dat hoort wel, vind ik. Toen heb ik besloten van elke kartonsnede nog maar één afdruk te maken. Die lijst ik beide in. Er zijn verzamelaars die ze allebei willen hebben.’

 

Open techniek
Adema hanteert bij het maken van zijn kartonsnedes twee verschillende technieken. De zogenoemde ‘open techniek’ is de meest bewerkelijke. Met schilmesjes, stanleymesjes en soms operatiemesjes legt Adema de verschillende lagen van het karton bloot.

‘Karton bestaat uit drie lagen: glad papier, ribbels en mat papier. De bovenste witte papierlaag bestaat op zijn beurt ook nog eens uit verschillende laagjes. Door die heel voorzichtig af te schrapen – hier een beetje meer dan daar – ontstaat kleurverschil en dieptewerking. Soms maak ik het papier zo flinterdun dat je de ribbels er doorheen ziet schijnen. En dan kun je ook altijd nog alle papier op een plek wegsnijden, zodat je de ribbels echt ziet liggen. Soms denk ik: met al die laagjes is het net een beeldhouwwerkje. Dan laat ik het erbij en maak ik er niet eens een afdruk van.’

 

Dichte techniek
Naast zijn landschappelijke werken maakt Adema ook kartonsnedes van boten. Het zijn vaak Engelse garnalenbootjes, die hij kent van vaartochten met vrienden op het wad. Deze houtsnedes heeft hij gemaakt in wat hij de ‘dichte techniek’ noemt. Hierbij wordt de afbeelding in dunne lijntjes in het karton gekerfd. De weggesneden delen nemen geen kleur op, waardoor de afbeelding uitgespaard staat in het kleurvlak. Een veel simpeler techniek, maar niet minder krachtig.

 

‘Ik kreeg de afdrukken nooit helemaal gelijk en dat hoort wel. Toen heb ik besloten van elke kartonsnede nog maar één afdruk te maken.’

 

Uitersten
In de kleurfase brengt Adema met kleine penseeltjes acrylverf aan op zijn kartonsnedes. Dat moet vlot gebeuren. ‘Karton heeft een sterk zuigende werking en acrylverf droogt heel snel. Bovendien wil ik graag veel dunne verflaagjes over elkaar heen aanbrengen. Daarmee kan ik de dieptewerking van het geheel nog versterken. Maar de verf moet intussen niet opdrogen, want anders kan ik geen afdruk maken. Dus waar het kartonsnijwerk zelf een heel langdurig proces is, is de laatste fase een nogal haastige aangelegenheid. Al met al een heel gedoe, monnikenwerk is het. Maar het is nu eenmaal nodig om de poëtische beelden te krijgen die ik hebben wil.’

Reagearje

DE MOANNE

'de Moanne' wol in breed en kreatyf poadium biede foar aktuele en skôgjende bydragen oer kultuer en de keunsten. 'de Moanne' lit sjen wat der yn en om Fryslân spilet, yn taal, byld en nije media. 'de Moanne' ferskynt op it web, op papier en organisearret 'live'-moetingen.