Ongezochte vondsten

Publisearre op 5 augustus 2016

VANESSA SMITH – 

2015 is een goed jaar geweest voor Saskia Wagenvoort. Ze exposeerde meerdere keren, deed mee aan het Open Atelier in het Fries Museum en haar werk is opgepikt door galeries in Leeuwarden en Den Haag. Toch is ze nog maar drieënhalf jaar bezig met haar opvallende portretten. Haar werk kenmerkt zich door een geheel eigen stijl, die ze zelf omschrijft als ‘mixed and stitched photography’. De weg die ze heeft afgelegd om zover te komen, is al even bijzonder. Een portet van een kunstenaar met een bijzonder talent: ze weet op een creatieve manier gebruik te maken van wat er toevallig op haar pad komt.

Saskia Wagenvoort heeft haar werkruimte in de Floris Verster Ateliers in Leeuwarden. Het grote voormalige klaslokaal is over de hele lengte en aan één zijkant voorzien van ramen en baadt in het licht. Daarom is zij ook zo blij met deze plek. Ze werkt uitsluitend met daglicht en dat komt in dit atelier van alle kanten overvloedig naar binnen vallen.

 

Saskia Wagenvoort: ‘Volgens mij gaat het hierom: iedereen is in zijn leven wel door iets of iemand beschadigd en de kunst is om jezelf op een zo mooi mogelijke manier bij elkaar te houden.’

 

Wie haar portretten een keer gezien heeft, zal ze niet snel vergeten. Het zijn opvallende en kenmerkende beelden met een heel eigen signatuur. Saskia Wagenvoort fotografeert vrouwelijke modellen, soms met en soms zonder attributen, waarna ze de foto’s bewerkt. Ze voegt er bloemen, kettingen, broches of stoffen aan toe, of voorziet de foto’s van borduurwerk. Soms maakt ze op deze manier ook stillevens.

Ze omschrijft haar werk zelf als ‘mixed and stitched photography’. De bewerkingen maakt ze niet digitaal, met behulp van beeldbewerkingssoftware, maar fysiek. Ze plakt materialen op de oorspronkelijke foto’s of naait er figuren in met garen, waarna ze de bewerkte foto’s weer fotografeert. Daarna laat ze ze op een groot formaat afdrukken.

Ook haar carrière is te typeren als ‘mixed and stitched’. Ze heeft veel verschillende dingen gedaan, altijd in een creatieve richting, vaak gestuurd door toeval. En pas achteraf is te zien hoe al deze ervaringen zich met elkaar vermengd hebben en nu samenkomen in haar beelden.

 

Alles uitproberen
Saskia Wagenvoort heeft bijna haar hele leven in Friesland doorgebracht. Ze werd geboren in Deventer, maar verhuisde op haar zesde naar Friesland. Haar jeugd bracht ze door in Tijnje en in 1981 ging ze naar Leeuwarden om daar te studeren. Ze deed de lerarenopleiding Ubbo Emmius en studeerde af in tekenen en textiel.

‘Je wordt opgeleid als leraar en loopt stage op middelbare scholen. Maar je moet natuurlijk ook zelf werk maken: tekenen, schilderen, etsen, fotograferen… Fotograferen was maar een klein onderdeel van de opleiding, maar ik vond het geweldig om te doen. Ik zat dag en nacht in de doka op school en heb van alles en nog wat uitgeprobeerd. Daarna was ik het eigenlijk weer een beetje vergeten. Ik ben afgestudeerd met theaterkostuums, want dat had ik nu eenmaal in mijn hoofd. Ik maakte ook altijd al theatervoorstellingen op school. Daar deed ik de regie voor, de productie, maar ook de make-up en de kleding. Alles eigenlijk. Ik had ook wel graag theatervormgeving willen studeren of visagie/grimeren. Maar dat waren te dure opleidingen. En dan lopen dingen toch weer anders.’

 

Van alle markten thuis
Dat bleek wel. Toen Saskia Wagenvoort bijna afgestudeerd was, veranderde het lessysteem voor creatieve vakken. Geen tekenen, textiel en handvaardigheid meer, maar één vak beeldende vorming. Er was dus opeens geen werk meer voor een beginnend vakdocent tekenen/textiel. Gelukkig zochten ze bij het Kreativiteitscentrum De Blauwe Stoep een grime-docent.

‘Toen ben ik grime-cursussen gaan geven. Ik had al wat ervaring opgedaan met de theaterproducties op school en heb mezelf nog wat bijgeschoold. Later ging ik ook de make-up doen voor de landelijke praatprogramma’s van Omrop Fryslân. Iemand had mij daarvoor aanbevolen. Toen ben ik toch maar een opleiding voor visagie gaan volgen.

Ondertussen ging ik nog voor theater Romein licht en techiek doen, want ik had ook een cursus licht gedaan. In theater Romein ontmoette ik filmregisseur Pieter Verhoeff, die daar aan het casten was. Het klikte wel goed met Verhoeff, dus op een gegeven moment heb ik hem een kaartje gestuurd met de vraag of ik eens op de filmset mocht kijken. Even later bood hij mij aan om voor hem te komen werken en de hele figuratie te produceren. En dat ben ik toen gaan doen. Ik heb meerdere films gedaan en een cursus productie voor film en televisie gevolgd. Maar het is heel druk en stressvol werk. Je bent er dag en nacht mee bezig. Mijn laatste film was Zwartboek van Paul Verhoeven. Daarna was ik helemaal op en ben ik met dat werk gestopt.’

Saskia Wagenvoort had ook contacten met reclamebureaus en tijdschriften, waarvoor ze de visagie deed: make-up, haar en soms styling. Meestal voor fotografie, soms voor filmpjes. Door veel te werken, betaald maar ook wel onbetaald, wist ze haar werk altijd onder de aandacht te brengen. Ze rolde van de ene opdracht in de andere. ‘Zo gaat dat; als het bevalt, dan mag je weer komen.’

 

De stap naar vrij werk
In die tijd assisteerde ze wel eens bij vrij werk van anderen, fotoshoots met studenten van de Akademie. Alleen make-up en haar. Toch begon het te knagen, ze wilde nu eigenlijk ook wel eens zelf vrij werk gaan maken. Iets wat helemaal haar eigen concept was. Ze vroeg een fotograaf haar daarbij te helpen.

‘Dat was eerst heel leuk, maar ik ging zelf steeds meer in die camera kijken. Het beeld moest steeds meer van mij worden. Maar omdat hij op het knopje gedrukt had, bleef het zijn foto. En dat voelde op een bepaald moment niet meer goed. Toen had ik een gesprek met een curator van het Fries Museum, en die zei: “Als jij het helemaal hebt bedacht, dan is het van jou, dan maakt het niet uit wie er op het knopje drukt.” Het model waar ik toen mee werkte, Lotte, vond ook dat ik het zelf maar moest proberen. En dat ben ik inderdaad gaan doen. Zo heerlijk vond ik dat, nu had ik alles in eigen hand. Het was wel spannend, want ik ben eigenlijk geen fotograaf. Ik noem mezelf ook niet zo. Ik maak op een heel eigen manier mijn beelden en zet fotografie daarbij in als middel.’

Al toen ze samenwerkte met een fotograaf begon ze in de foto’s te naaien, maar haar werk was toentertijd toch meer fashion-georiënteerd dan nu. Ze eigende zich de beelden steeds meer toe, door ze helemaal naar eigen inzicht te bewerken. Zo ontstond haar ‘mixed and stitched photography’.

 

Nieuwe techniek
In het begin liet Saskia Wagenvoort haar werk groot afdrukken op canvas. Sinds kort heeft ze een nieuwe techniek ontdekt. Ze laat de foto’s afdrukken op metaal, waarna er een glanzende coating overheen komt. Ze hebben een wat kleiner formaat dan voorheen, maar winnen aan zeggingskracht: de beelden zijn scherper en contrastrijker. Een ongezochte vondst die heel goed bij haar werk past.

‘Via Facebook ken ik Snijder&CO, twee ontwerpers van handgeschilderd behang. Zij vinden mijn werk mooi en ik dat van hen. Nu had ik net een portret van een model geschoten. En ineens zag ik een van hun behangontwerpen en dit portret helemaal in elkaar passen. Ik heb ze vervolgens benaderd en gevraagd of ik hun ontwerp mocht gebruiken in mijn werk. Ze vonden het resultaat prachtig. En ze wilden het graag laten zien op een interieurbeurs in Brazilië, waar ze stonden met hun werk. Het liefst hadden ze twee afbeeldingen, daarom heb ik er nog een gemaakt. Bovendien moesten de prints in een reiskoffer passen, dus moest ik mijn formaat aanpassen. Om die reden heb ik een andere afdruktechniek uitgeprobeerd, op metaal met een glanslaag, en dat bleek echt prachtig uit te pakken. Ik ben nu bezig om meer van mijn foto’s op deze manier af te drukken.’

Zo ontdekte ze ook dat ze het heel leuk vindt om uitingen van andere kunstenaars of ontwerpers in haar werk te gebruiken. Dat biedt weer een nieuwe invalshoek. Ze heeft inmiddels onder anderen contact met een aantal sieradenontwerpers.

 

Meer dan schoonheid
Saskia Wagenvoort laat zich bij haar werk onder meer inspireren door 17e-eeuwse schilderkunst. Ze zegt: ‘Ik houd erg van de schilderijen uit die tijd. Mijn modellen lijken ook op de vrouwen op schilderijen van toen. En je ziet ook wel andere dingen terug, bijvoorbeeld vruchten zoals granaatappels, of insecten en bloemen. Dat is zo ontstaan en blijkbaar vind ik dat heel erg mooi. Het zijn mooie, serene beelden. Maar mijn werk gaat over meer dan alleen schoonheid. Het gaat ook over pijn en vergankelijkheid. Het is geen toeval dat ik spelden in de foto’s prik om daarmee kralen of stof te bevestigen, en dat ik met garen door de huid heen naai om er patronen aan toe te voegen. Volgens mij gaat het hierom: iedereen is in zijn leven wel door iets of iemand beschadigd en de kunst is om jezelf op een zo mooi mogelijke manier bij elkaar te houden.’

Maar ook zonder die elementen van pijn of beschadiging te herkennen, kun je het werk van Saskia Wagenvoort waarderen. Want los daarvan zijn het nog steeds hele aantrekkelijke beelden, mooi van kleur en vorm. Saskia Wagenvoort hecht eraan mensen zo vrij mogelijk naar haar werk te laten kijken: ‘Mensen hoeven de pijn niet meteen te zien; dat element zie je misschien wel als je er langer naar kijkt. Anders worden het ook snel gruwelijke beelden. En dat hoeft niet voor mij, dat is blijkbaar niet wat ik wil maken. Daarom zijn mijn titels ook heel simpel: “Meisje met granaatappel”, “Meisje met fluitekruid”, beschrijvend, net zoals de schilderijen van vroeger. Met titels kun je er zo’n laag opleggen, dat wil ik niet. Ik verras liever. Als mensen naar “Meisje met fluitekruid” kijken, vinden ze het eerst heel mooi en dan zien ze ineens die vlieg, en dan nog een, en kantelt het beeld ineens. Dat vind ik wel goed.’

 

Earder ferskynd yn ‘de Moanne’ 15 (2016), 1 (jannewaris), side 38-43.

Kategory
Tags

Diel dit artikel!

Relatearre artikels